Voorgestelde trefwoorden
Gerelateerde pagina's
Gerelateerde artikelen
Gerelateerde cases
Gerelateerde downloads
Gerelateerde evenementen
Alle resultaten
Voorgestelde trefwoorden
Gerelateerde pagina's
Gerelateerde artikelen
Gerelateerde cases
Gerelateerde downloads
Gerelateerde evenementen
Alle resultaten

Wat gemeenten kunnen leren van de Postcodeloterij

03-06-2016

Zo krijg je burgers eerder betrokken bij besluitvorming (en meer draagvlak voor je beslissingen)

Onderzoek na onderzoek toont aan dat interesse en draagvlak voor beleid en beslissingen toenemen als burgers in een eerder stadium en nauwer betrokken worden bij dat beleid. En dat hun attitude positiever wordt. Toch gebeurt dat maar mondjesmaat. Hoe kan het beter? Elf praktische tips met als doel: meer betrokkenheid en draagvlak.

Onverschillige burgers

Vanuit gemeentes wordt steeds meer van burgers verwacht. En dus zijn er steeds meer burgerinitiatieven, zeker als het gaat over praktische zaken op wijkniveau. Veel minder vaak worden burgers echter toegelaten in een eerder stadium, namelijk bij het meedenken over het beleid. Van mobilisatie is meestal pas sprake als er een concreet probleem op te lossen valt. Of zelfs nog later, als de oplossing al bedacht is, waardoor de burger nóg sterker het gevoel krijgt dat hij zich pas mag uitspreken als het gaat over de kleur van de voordeur van het AZC (waarvan al vast staat dat het in zijn achtertuin komt). De houding van de burger ten opzichte van de gemeente is daardoor in de meeste gevallen onverschillig. En in het slechtste geval vijandig. Mensen die wél hun zegje doen, zijn hoger opgeleide (vaak oudere) autochtonen die bovengemiddeld vaak D66 of VVD stemmen. Een niet-representatieve groep dus.

Betrokken burgers zijn positiever

De vraag is: hoe zorg je ervoor dat je, tegen het negatieve sentiment in, mensen wél betrekt bij de besluitvorming? En, twee vliegen in één klap: dat sentiment ook verbetert? Onderzoek laat namelijk zien dat interesse en draagvlak voor beleid en beslissingen toeneemt als burgers daar eerder en nauwer bij betrokken worden, en dat hun attitude ten aanzien ervan positiever wordt. Elf handreikingen.

  1. Het begint bij de uitnodiging. Voorkom dat alleen een specifieke, actieve groep burgers meedenkt. Nodig actief uit. Bijvoorbeeld op basis van loting om ook niet-actieve burgers te bereiken. Differentieer en combineer. Per brief, per email of telefonisch, maar vergeet ook niet de persoonlijke uitnodiging aan de deur. Varieer met teksten. Benader burgers minimaal op twee verschillende manieren om de meeste kans op deelname te creëren.
  2. Laat burgers zelf met onderwerpen komen die relevant voor ze zijn. Denk aan G1000-sessies waarbij deelnemers zelf onderwerpen inbrengen, waarna zij met een stemming bepalen welk onderwerp behandeld wordt. Dat kunnen zorggerelateerde onderwerpen zijn, jeugd, welzijn, armoede, werk, groen/voorzieningen, veiligheid, vandalisme, coffeeshops, leefbaarheid… Ga zo maar door.
  3. Wanneer je een specifiek onderwerp wilt behandelen, nodig dan specifiek burgers uit voor wie dat onderwerp relevant is.
  4. Manage de sessie met je burgers goed. Zorg voor duidelijke kaders zoals een heldere doelstelling. Wat willen we bereiken? Wat gaan we doen met de uitkomsten en wat niet?
  5. Organiseer face-to-face sessies om ideeën uit te wisselen en de thema’s te bepalen waar burgers over kunnen meebeslissen. Vermijd bij voorkeur grauwe kantoorruimtes voor dit soort sessies; een inspirerend monumentaal pand werkt beter!
  6. Gebruik je online omgeving voor de opvolging en de dialoog. Hier test je de uitkomsten van je face-to-face meetings in de bredere online community. En vraag je welke zaken burgers nog missen.
  7. Voorkom dat je het hele proces online uitvoert; dan mis je een grote groep mensen. Door te combineren draag je bij aan de diversiteit van de groep – en daarmee aan de representativiteit. Bovendien is de manier van praten en met elkaar omgaan anders: face –to-face zijn mensen meer geneigd om oprecht naar elkaar te luisteren en kun je beter laten zien dat je elkaar serieus neemt. Ook zijn mensen minder geneigd af te haken als ze eenmaal tijd hebben gestoken in face-to-face contact.
  8. Geef aandacht en waardering om ‘commitment’ te creëren. Dat voorkomt dat mensen er gedurende het proces tussenuit glippen. Denk daarbij aan wat in het commerciële domein ‘relatiebeheer’ wordt genoemd: stuur bedankjes, of reminders als ‘we hebben je al een tijdje niet meer gezien’ als ze hun input nog niet geleverd hebben. Geef mensen continu het gevoel dat je ze niet vergeet en dat je hun bijdrage waardeert.
  9. Je hoeft het niet precies te kopiëren, maar leer van de trukendoos die postcodeloterij. De Postcodeloterij ontwerpt mailings en materialen op zo’n manier dat de ontvanger de envelop wel móet openen: glimmende stickers, goodies, kortingsbonnen, veel foto’s van gezichten, mensen in de setting waar het om gaat, soms een gouden enveloppe, een doosje dat je in de enveloppe voelt zitten, zodat je die open wilt maken.
  10. Financiële incentives werken in de hand dat mensen om de verkeerde redenen meedoen, dus kijk daarmee uit. Gelukkig zijn deze meestal niet nodig: de beloning zit ‘m voor veel mensen in het meebepalen van de eigen toekomst. Je zult zien: dat willen mensen graag. De reden dat ze niet meer engageren, is namelijk juist dat ze het gevoel hebben dat ze de regie kwijt zijn.
  11. Tot slot: laat duidelijk zien wat er met hun feedback gebeurt; in duidelijke taal. Voor de Sociale Raad van Peel en Maas worden bijvoorbeeld twee keer per jaar vijftig burgers door loting gekozen om mee te praten over specifieke onderwerpen zoals de WMO en jeugdzorg. Burgervoorstellen van de eerste Sociale Raad leidden eind 2015 tot concreet beleid.